Onder de foto’s kunt u het reisverslag van deze vakantie lezen.
Reisverslag vakantie 1998
Boven de Atlantische Oceaan,
02-06-1998, 17:00 (nederlandse tijd)
Vanmorgen om 07:45 kwam onze “taxi” voor rijden om ons naar Schiphol te brengen. Ruim op tijd omdat we er rekening mee hadden gehouden dat we ergens in de file zouden komen te staan.We waren net goed op snelheid gekomen op de Expresweg naar Antwerpen toen we aan St.Gilles Waas al in de file geraakten, een lange rij tot aan Antwerpen ongeveer, gelukkig konden we een flink stuk file ontwijken door “binnendoor” langs Vrasene te rijden. De rest van de rit naar Schiphol schoot goed op, om 10:15 stonden we al weer naast de auto, en stoomden we door naar de incheck-balie. Eerst moesten we door een security poort en werden we nog ondervraagd of we toch wel alleen onze eigen bagage mee hadden. Na het inchecken (10:30) hadden we nog een uur om wat te shoppen en een kop koffie te drinken voor we aan boord zouden gaan om 11:30. Dat laatste ging echter niet zo vlot: weer een lange rij voor de “securety” en toen de rij half weg was moest iedereen weer terug vanwege een veiligheidscontrole. Inmiddels waren we al een uur vertraagd op het vluchtschema, vanwege “luchtverkeers-redenen”. Uiteindelijk rolden we om 14:00 de startbaan op en waren we op weg. We hadden nog nooit zo’n controle gehad om Nederland te verlaten! Aan boord van de Boeing 777 is alles goed in orde. We hebben tegen half vier een lekkere lunch gehad van kipfilet mwt pasta, en volgens de piloot gaan we onze aansluitende vlucht in Washington gewoon halen.
Las Vegas,
02-06-1998, 23:15 (local time)
Eindelijk in het hotel, bekaf want in Washington hadden we nog een 3 uur vertraging. Nu snel gaan slapen!!
Las Vegas, 03-06-1998, 07:45
We zijn weer fit na een nachtje slapen. Toen we gisteren aankwamen in Washington hadden we ons al flink gehaast omdat we maar een uurtje hadden om over te stappen, trap af, trap op, douane, koffers slepen……….. en toen we aan de gate kwamen vor de aansluitende vlucht naar Las Vegas bleek deze twee uur vertraagd te zijn! Dus maar weer wachten en werden steeds duffer want voor ons gevoel was het allang nacht. Voordat we echt in de lucht zaten waren we inmiddels 3 uur achter op schema. Vijf uur en een paar hazeslaapjes verder kwamen we in Las Vegas. Gokkasten zodra je uit het vliegtuig stapt, geen twijfel mogelijk! De bagage en de huurauto ophalen ging vlot, een forse Ford zal ons de komende 2 weken rond toeren. Vandaag gaan we richting Salt Lake City, kilometers maken dus.
Ogden, Utah, 03-06-1998, 20:15
Vandaag heel wat kilometers gemaakt. Dat is ook geen probleem hier , de auto rijdt prima en de wegen zijn ruim. Na het uitchecken vanmorgen eerst eens gaan boodschappen doen. Met de achterbak gevuld met frisdrank, Budweiser en wat voor de “tussen-doortrek” zaten we kort na negen uur op de Interstate 15 highway richting Salt Lake City. Bij de eerste stop om een donut te eten en wat te drinken, hebben we het thuisfront nog even gebeld. Daar was het weer slecht, maar verder alles goed. Tot in de buurt van Salt Lake City aan het eind van de middag schoten we goed op, cruise control op 75 mile en de bergen en vlakten trekken gestaag voorbij. Rond een uur gestopt voor een hapje eten, bleek dat we onze tijd net verkeerd hadden verzet bij het inrijden van Utah, bleek het ineens kwart voor drie. Gelukkig hebben we nu bijna twee weken dezelfde tijd. Tegen zes uur stoppen we in Ogden een stukje boven Salt Lake City om een hotel te zoeken. Er blijkt nog plaats te zijn in de Sleep Inn die we uit een boekje hadden gevist, handig zo’n gidsje in je hotelkamer. Morgen verlaten we hier de highway 15 om de bergen in te gaan op weg naar Grant Teton. We eten nog een goede biefstuk in een restaurant naast het hotel. Ondertussen is voor de plaatselijke bevolking de basebaal wedstrijd van het jaar bezig: de Utah Jazz tegen de Chicago Bulls.We kijken onze route voor morgen nog eens door en gaan op tijd naar bed.
Signal Mountain Lodge, 04-06-1998, 17:15
De etappe naar Grand Teton. Van vertrek tot aankomst hebben we regen gehad af en toe afgewisseld met sneeuw. Ondanks het weer was het toch een mooie route, o.a. door de Logan Canyon, waar we dwars door de bergen reden. Af en toe is er een wintersport voorziening te zien, en op grotere hoogte ligt nog sneeuw. De rivier stroomt vaak vlak langs de weg en ziet er soms gevaarlijk uit.Na de bergen volgt weer een wijde vlakte, we rijden vlak langs Bear Lake. Een stukje door de staat Idaho, waar zo te zien het welvaartspeil niet al te hoog is. Dorpjes met franse namen, enkele schamele huizen en veel koeien; Paris met 100 inwoners.Als we Wyoming inrijden is het nog steeds vlak, veel veeteelt en kleine nederzettingen. We eten een burger in Bette’s coffeeshop in Alpine, echt een plaatselijk cafetaria. Na het eten toeren we weer door, het is inmiddels al tegen tweeën, de kilometers gaan niet zo snel als gisteren op de freeway, maar het landschap blijft boeien.Het eerste echte stadje wat we aandoen is Jackson Hole, aardig druk, leuke winkeltjes met overdekte troittoirs als in een westernfilm. Er is volop warme kleding en T-shirts te koop (“het is hier soms kouder dan u denkt” luidt een reclame slogan van een winkel met fleece kleding). Ik heb er nog een leuke sweater gekocht, het was er overigens maar een paar graden boven nul.Aan de rand van Jackson doen we het VVV-kantoor nog even aan. Met een kaart van Grand Teton en een Golden Eagle Pas (toegang voor alle National Parks) gaan we onze eindbestemming tegemoet. Bij het toegansbord van het park moet natuurlijk een foto gemaakt worden. Ondanks de regen is duidelijk de rij bergen aan beide zijden van de Jackson Hole te zien, met nog volop sneeuw. Bij de Park Headquarters gaan we even kaartjes kopen en nog wat info halen. Signal Mountain Lodge ligt midden in het park aan een meer. Het inchecken gaat vlot en even later zitten we in onze logcabin, het onderkomen voor de volgende drie dagen. En het stopt zowaar af en toe met regenen!
Signal Mountain Lodge, 05-06-1998, 15:00
Tegen zes uur waren we al wakker vanmorgen, het is hierhardstikke rustig en lagen gisteren al om 10 uur te slapen. Het weeris compleet omgeslagen, de lucht is strak blauwen er hangt wat mist rond de hogere bergtoppen. Het uitzicht vanuit onze cabin is prachtig: het meer met daarachter besneeuwde bergtoppen. Het heeft vannacht nog gesneeuwd op de wat hoger gelegen plaatsenen op de radio horen we dat er gisteren een laagte record geweest is van 43 graden F (enkele graden boven nul). Vannacht heeft het overigens flink gevroren, maar met de zon er op is de autoweer snel ijsvrij als we om een uur of acht op pad gaan. We stoppen eerst even bij de winkel voor wat proviand, want we hebben de laatste donuts opgegeten als ontbijt. Het uitzicht is overal fantastisch: strak blauwe lucht, sneeuw boven op de bergen. We zien nu de Grand Teton’s pas echt goed. Op de grond en de bomen ligt opveel plaatsen verse sneeuw en het is erg rustig onderweg. Op de parkeerplaats bij South Jenny Lake zijn we de enige auto. Theo maakt volop foto’s, waarschijnlijk zit er wel een plaatje bij om als kerstkaart te gebruiken dit jaar. Met het een en ander in de rugzak gaan we op weg voor onze eerste hike: op naar de hidden falls, een niet al te zware etappe van ongeveer 2,5 mile. Het begin schiet goed op, in het midden en vlakbij de waterval zitten een paar steile stukjes, pas daar komen we ook de eerste mensen tegen, die met het bootje gekomen zijn, dat wij voor de terugweg nemen. Na het boottochje toeren we weer een stukje verder tot de Lupine Meadows waar we ook weer een stukje hiken en onze lunch oppeuzelen, boterham met kalkoen enz. Als je even ergens gaat zitten komen er zo een paar eekhoorns tot vlakbij, vanmorgen bij Inspiration Point (bij de waterval) kon je ze letterlijk uit je hand laten eten (maar dat is hier verboden). Grotere dieren hebben we alleen vanuit de auto gezien: een paar keer wat “gewone” mule deer (herten), langs de trails zagen we wel een paar grote hoefafdrukken, maar niet de bijbehorende beesten. Na de lunch stop zakken we verder af naar Moose, om de kaartjes te posten en even het visitors centrum binnen te gaan. Vlak bij ligt ook de historicaal site Menor’s Ferry, waar honderd jaar geleden een van de eerste nederzettingen was en zowat de enige mogelijkheid om de Snake River over te komen (die hier trouwens stevig doorstroomd). Met een foldertje in de hand krijg je een historisch verantwoorde (?) toer. Op weg terug naar het noorden rijden we Signal Mountain op, waar we ineens een opstopping zien, aan de rand van een waterplas staat een moose (eland) te grazen met een kalfje, nog geen 50m van de weg af. Een unike kans op een plaatje want dit zal je niet zo snel weer zien. Zo hebben we toch al moose, mule deer en een pronghorn (antilope) gezien, en minstens 5 soorten eekhoorn-achtigen. Ook verschillende vogels met felgekleurde borsten, maar hie die allemaal heten.
Colter Bay Village, 06-06-1998, 14:00
Nadat we gisteravond een prima forel gegeten hadden , met een lekker flesje sauvignon erbij, rolden we weer vroeg in bed. Bek af na een hele dag in de vrije natuur. Vergeleken met gisteren valt het weer vandaag wat tegen; het is zwaar bewolkt en zo te zien blijft het niet droog. O een uur of negen gaan we op pad voor de wandeling van vandaag, rond String en Leigh Lake ongeveer 5 miles. Het is een stevige wandeling die vrij vlak begint, maar na een half uur zijn we toch aardig aan het klimmen. Inmiddels regent het ook, maar met jas aan en hoed op blijven we toch redelijk droog. Onderweg ligt nog aardig wat sneeuw en we zien zo waar ook een hert (mule deer). Na een paar uur stappen keren we terug naar Signaal Muntain Lodge om naar huis te bellen . We horen dat het daar ook slecht weer is, en nog wat familie nieuwtjes (Anneke gaat trouwen en niet naar Zwitserland maar in Munchen werken!). Onze volgende stop ligt noordwaarts van ons verblijf, we rijden over de Jackson Dam naar Colter Bay Village, waar we een burger gaan eten. Dit is duidelijk een grote stopplaats aan de parkeerruimte te zien. Het is er nu rustig maar in het hoogseizoen kunnen ze hier nog al wat aan zo te zien. Het zonnetje is inmiddels doorgebroken en we installeren ons op een picknickplaats waar we binnen de kortste keren omringd zijn door eekhoorn achtige beestjes. Op het meer tuft af en toe een bootje voorbij en de besneeuwde bergtoppen blijven vandaag in de wolken zitten.
Canyon Village, Yellowstone N.P., 07-06-1998, 17:30
Vanmorgen pakken we alles weer in en verlaten onze log-cabin in Signal Mountain. Na een stevig warm ontbijt gaan we op weg naar Yellowstone. Het weer ziet er niet zo goed uit, maar later in de middag brak de zon toch door. Vanuit het restaurant waren de toppen van de Teton’s niet te zien. Nadat we in Colter Bay nog even tanken laten we de Teton’s achter ons en rijden door de John D. Rockefeller parkway. Hier ligt nog volop sneeuw. Langs de South Entrance rijden we Yellowstone binnen, op zo’n 200 meter hoogte. De omgeving is hier heel anders dan in Teton, je ziet nu volop waar de grote bosbranden zijn geweest en er is ook minder wild te zien. Zoals een bizon die op z’n gemak lag te herkauwen aan de parkeerplaats van het Geyser Basin bij West-Thumb. Het is een raar gezicht om aan de rand van het meer te lopen met allerlei pruttelende putjes naast het pad. In Grant Village hadden we onze eerste stop gedaan en in het visitors center nog een filmpje gepakt: over de bosbranden. Elk visitor center draait de hele dag documentaires, gisteren zagen we er een over de bizon kuddes. We zijn inmiddels ook de Continental Divide gepasseerd: alle rivieren stromen nu de andere kant uit, dat is even een vreemd gezicht als we vlak bij de Yellowstone River staan. Bij Le Hardy Rapids, waar ‘s zomers de forellen stroomopwaarts gaan zitten we nog een poosje in de zon. We zien zowaar ook nog twee “bold eagles” voorbij vliegen net als een paar pelikanen. Bizons en mule deer hebben we inmiddels ook weer gezien, en ook (van grote afstand!) een beer. Al een poosje ruikt het erg zwavelachtig en zien we hier en daar stoompluimen in het landschap. De stops bij Mud Vulcano en Sulphur Caldron laten zien wat er vlak onder de aardkorst zit. Allerlei grote en kleine pruttelende, stinkende gaten in de grond. Een heeft water met dezelfde ph waarde als accuzuur. Onderweg komen we ook langs Lake Village waar het oudste hotel, nl Lake Hotel staat, vlak aan het Yellowstone-meer (2300m), al meer dan honderd jaar kan de happy few daar logeren. Vlak voor ons volgende overnachtingsadres, stoppen we bij de watervallen van de Yellowstone rivier, aan het begin van de Canyon, met donderend geraas stort het water zich naar beneden. Aan de wanden van de kloof kunnen we nu zien waarom het park z’n naam kreeg. Allerlei tinten geel en oranje, ondanks het bewolkte weer. Het is hier trouwens opvallend drukker dan in Teton, en dit is nog wel een rustige periode. Of zou het de zondagsdrukte met dagjes mensen zijn. De touringcars spuwen allerlei nationaliteiten uit: duits, japans (ofzo) en natuurkijk ook geregeld wat landgenoten van allerlei pluimage! Ons verblijf in Canyon Village is een echte frontier cabin: 2 bedden, douche, wc en no nonsense. Als de bedden net zo goed slapen als de vorige dagen, dan houden we het hier wel goed uit!
Canyon Village, 8 juni 1998, 17.20 u
Na een stevig maal gisteravond hebben we weer geslapen als marmotjes. Er was tegen bedtijd wel wat gerommel van buren die in- en uit gingen, maar daarna was alles stil tot een uur of half acht. Als we nog wat kaartjes gepost hebben en een paar fotorolletjes afgegeven hebben om te ontwikkelen, rijden we naar de South Rim van de canyon voor onze hike van de dag. We sluiten aan bij een wandeling met een Kodak-fotografe, die hier en daar wat tips rondstrooit op weg naar Clear Lake. Als de groep na een uur ( 1 mijl) terugkeert, wandelen we met z’n tweeën door. Het pas is nu niet zo drassig meer en loopt langs een paar putjes met zwaveldampen en door een stuk “maanlandschap”, waarschijnlijk erosie of uitbarstingen van Moeder Aarde. Via Lily lake Pond (met inderdaad waterlelies) komen we weer bij Artist Point, waar we gisteren met de auto waren. Hier kijk je in de Grand Canyon met de watervallen in de Yellowstone River. Het pad (South Rim Trail) loopt vlak langs de rand van de canyon en heeft af en toe echt kuitenbijters. Af en toe stoppen we voor een hapje, slokje of een foto en zo’n drie uur later zijn we weer bij de auto. Als we even later bij Otter Creek zitten te eten en wat te lezen, ziet Theo ineens een coyote naar de picknick plaats toe komen, maar bij nader inzien kiest het dier toch het hazepad. Tot grote opluchting van een stel kinderen aan één van de ander tafels. Als we na de lunch een stukje Marie Mountain Trail gaan lopen, komen we na een kwartier of zo een paar bizon tegen die langzaam maar zeker ons pad gaan kruisen. Zekerheidshalve keren we maar terug naar de auto. In de verte zien we voor het eerste een kudde van zo’n 40 bizons lopen in Hayden Valley. Op weg naar een volgend trail passeren we een boel auto’s langs de kant van de weg, die naar een paar elks staan te kijken die vlak langs de weg liggen te herkauwen. Het pad naar Cascade Lake is na het eerste stukje bos vrij vlak en geen mens of dier te zien behalve wat vogels ( op de terugweg zien we een koppel ospreys). Het is al tegen vijven als we terug in Canyon Village komen. We halen de foto’s op (die goed gelukt zijn) en houden het voor wat betreft de actieve zaken wel voor gezien vandaag. Alleen nog wat relaxen en vanavond een stevige maaltijd.
Mammoth Hot Springs, 09-06-98, 21:00
Het regent en is zwaar bewolkt als we s’morgens wakker worden, niet echt weer om te gaan wandelen. We gaan eerst maar langs het ontbijtbuffet als we ingepakt en uitgechecked zijn. Met een goed gevulde maag gaan we verder noordwaarts, we stijgeen ook aardig wat meters, volop sneeuw langs de weg, vorige week was deze weg nog afgesloten. Na de bossen rond Mt. Washburn komen we weer meer in de opeen vlakte, de weg daalt ook weer flink. Bij de Tower Falls stoppen we en gaan we te voet naar beneden naar de watervallen. Het is niet erg ver, maar wel erg steil. Je merkt hier al veel meer van de drukte: bijna volle parkeerplaatsen, en de ene na de andere stopt er. Een hele boel mensen op gymschoenen (of zelfs met hakken) Yellowstone park “doen”. Waarschijnlijk zijn dat de mensen die in een dag het park door crossen met de auto of bus. Het weer is inmiddels zo opgeklaard dat we (een stukje richting Cooke City) ons bij een picnic plaats neerzetten om wat te lezen en te eten. Als de zon er goed doorkomt kunnen jas en trui uit, maar als er weer een wolk komt is het toch wel fris. Op een gegeven moment horen we een eind achter ons een hoop lawaai, gebrul van beesten. Het blijken een stel wolveeen (2 of 4) te zijn die een pronghorn achtervolgen. Met de verrekijker is het net te zien, want het is aan de overkant van de rivier en dus aardig ver weg. We zien hoe de grijze wolven het hert/bok opjagen. Verderop voor ons duiken ook geregeld een paar pronghorns op, een koppel eekhoorns (of zoiets) zitten op een steen een eindje verder op, en een flinke roofvogel cirkelt ook in de buurt rond. Verder op de weg naar Mammoth komen we ook nog langs de Petrified Tree, een prehistorische redwood-boom zoals die hier zo’n 60.000 jaar geleden stonden. Veel wild zien we hier overigens niet, welgeteld twee elk-bokken die aan de kant van de weg liggen, als we in Mammoth komen blijken de dames elk daar gewoon over de gazons te lopen! Als we Mammoth binnen komen rijden is het daar aardig druk, een vreemde gewaarwording na dagen in de “wildernis”. We sluiten eerst even aan bij een ranger die wat vertelt over de bosbranden. Daarna lopen we door het visitor’s center waar het een en ander uitgestald staat uit de pioniertijd van het park, de expedities met Hayden, Moran enz. en over de tijd dat de militairen hier de orde handhaafden. Fort Yellowstone is zowat een heel dorp uit de eeuwwisseling wat gerestaureerd is. Net een filmdecor voor een western. De warmwaterbronnen zien er van ver uit als een platgebrande berghelling, maar als we over de plnkiers naar boven gaan zijn de terrasvormige bronnen met hun verschillende kleuren (komt door bacterien) goed te zien. De zwavelgeur is hier ook veel minder dan in de andere bronnen waar we geweest zijn. Ondertussen pakken donkere wolken zich samen boven ons en komt er weer wat regen uit vallen. De bovenste terrassen “doen” we met de auto, er ligt daar een smal kronkelig weggetje tussen door. Onze frontier-cabin ligt vandaag in een leuk buurtje met allemaal licht geverfde huisjes met een veranda. Het is hier een heel ander gezicht dan in Canyon waar alles half weggestoken ligt tussen de bomen, hier heb je grote gazons tussen de cabins. We hebben zelfs uitzicht op de Hot Springs. Als we tegen etenstijd naar de Dining Room gaan is het een stuk rustiger geworden in het dorp. De eetzaal zit wel bijna vol, maar personeel loopt er hier nogal wat rond, vrnl studenten en gepensioneerden (ja die moeten hier vaak ook nog werken!). Dat niet alles zo gesmeerd loopt als met doorgewinterde obers merken we vanavond. Onze ober Casey maakt al bij het begin een wat nerveuze indruk. Aan de tafels rondom ons wordt al wat onrustig geschoven, op een gegeven moment merken we dat ze wel lang op hun eten moeten wachten. Onze drankjes en soep (met voetbad!) komen vrij vlot, hij is alleen de soeplepels vergeten, die brengt hij “in a minute”, zegt hij. We hebben onze koffielepels maar genomen! Na de soep wachten we rustig af en amuseren ons wat met de zaal rond te kijken. Casey komt, nog wat nerveuzer, aan onze tafel, verontschuldigt zich dat het nog enkele minuten duurt voor het hoofdgerecht komt, want er is ergens iets in de fout gegaan. We vermoeden al war dat geweest is, 10 minuten later komt ons eten en alles bij elkaar zijn we met een uur klaar met ons dinner, voor onze begrippen snel genoeg, maar amerikanen denken daar anders over. Casey durft zich niet meer te vertonen in de eetzaal, en als we naar onze cabin terug lopen, nadat we een paar boodschappen gedaan hebben, zien we hem naar de personeels verblijven sjokken. We gokken erop dat z’n chef hem maar wat eerder heeft laten gaan vandaag!
Old Faithful Lodge & Cabins, 10-06-1998, 18:00
Het is wederom zwaarbewolkt als we ‘s morgens wakker worden, ondanks de dreigende luchten hebben we toch maar weinig regen gehad vandaag. Na een beker jus d’orange en een koffiekoek zijn we weer op pad. Afwisselend bos en open grasland met af en toe een bizon of een elk. Bij tijd en wijle zijn er ook wat stoomwolkjes te zien van de modderputjes en zwavelpijpen. Een van de eerste stops is bij Norris Log Soldier Station, een restant uit de militaire tijd van het park. Als we naar huis bellen horen we dat het daar ook alleen maar droog is tussen de buien door, maar het zal daar wel warmer zijn dan een graad of tien, zoals hier. Een stukje verder stoppen we bij het Norris Geyser Basin. Hier zien we de grote geysers voor het eerst, we zijn net op tijd om Echin-geyser te zien spuiten, de terrassen rond om de geysers zijn ook wat groter dan we tot nu toe gezien hebben, maar de scheikunde-lab luchtjes zijn hetzelfde. Bij Artist Paint Pot zien we na een stevige wandelingetje al meer kleuren verschijnen in de steamvents en de mudpots. Er komen steeds meer grote bronnen etc. te voorschijn langs de kant van de weg. Alsof het zo gemaakt is voor de mensen die de auto niet uit willen. Daartegenover zijn er ook geregeld mensen die , nota bene vlakbij een bord “Dangerous wildlife” op hun gemak naar een paar bizons toe lopen om een foto te maken! Langs de Gibson River, en later de Fire Hole River zakken we verder af naar het zuiden, heel af en toe krijgen we een sprietje zon te zien. Net na Madison junction nemen we de senic drive, de oude hoofdweg die vlak langs de Fire Hole River loopt, deze weg is veel kronkeliger en smaller dan de gewone, en eigenlijk ook leuker zo vlak langs de rotsen. Omdat inmiddels onze maagbegint te knorren gaan we eerst wat eten in Old Faithfull voordat we de geysers langs gaan. Het dorp lijkt het een soort Disney World: Grote parkings, diverse winkels en fastfood shops. Op zoek naar een plek om te eten zien we een flinke drukte ontstaan rond de Old Faithfull Geyser, we gaan er ook bij zitten en wachten op wat komen gaat. En ja, 10 minuten later dan stond aanegeven begint het spectacel. Flinke stoom wolken nemen wel wat zicht weg op de waterstraal die hij uitspuit, maar ja. Na enkele minuten is het sproeien weer al over, toch iets minder spectaculair dan gedacht. Na een warme hap in de inmense eetzaal van de Lodge gaan we weer op pad. We rijden terug naar het Lower Geyser Basin, de Fire Hole Lake Drive en de Fountain Flat Drive. Behalve geysers zien we ook veel mensen die staan te vissen. Als we bij Midway Geyser Basin, de Prismatic Spring, lopen zien we een oude visser binnen ca. 1 minuut twee keer een forel ophalen, en als we later even op de brug staan heeft hij er alweer een, die hij overigens ook weer terug gooit. Zo langzamerhand zakken we weer af naar Old Faithfull, benieuwd naar onze pioneer cabin. Als we inchecken blijken we een cabin met badkamer te hebben en deze keer 1 bed. Het zijn dezelfde soort bruine hutjes als we in Canyon hadden, en alles ziet er okay uit. We hebben alle tijd want we konden pas om 20:15 terecht in de diningroom voor het eten, hoewel we vanmorgen al gereserveerd hadden. Straks halen we nog een paar fotorolletjes op die alweer ontwikkeld zijn en zullen we zien hoe de beroemde Old Faithfull Inn er vanbinnen uitziet.
Old Faithfull Lodge, 11-06-1998, 18:00
Het Diner was prima gisteravond. Zoals wel te verwachten viel werd het iets later dan 20:15, voor we in de beroemde Dining Room zaten, maar in de Bear Pit bar was het ook goed toeven, een beetje mensen kijken is altijd leuk vermaak: iemand die er een probleem van maakt dat hij aangesproken wordt met mister terwijl hij doctor is (Bleek later nog een Hollander te zijn die aan de tafel naast ons zat te eten later.). Al met al lagen we later in de koffer dan tot nu toe gebeurd was deze vakantie, want ook in de keuken liep alles nog niet zo snel als men wilde. Vanmorgen na het ontbijtbuffet stond de hike naar Lone Star Geyser op het programma. Het pad blijkt een oude weg e zijn, dus dat liep wel makkelijk. Na iets minder dan aan uur waren we bij de geyser. Na een tijdje komen er nog wat wandelaars, en een weet te vertellen dat de geyser rond 11:30 zal uitbarsten, dat gebeurt nl. om de drie uur. Dus daar wachten we maar op. En ja hoor, rond 11:40 spuit het water (maar niet zo hoog als in de gidsen en boeken). Als we de weg teruglopen zijn, zijn we eerst maar een hapje gaan eten, Het is al 13:00 geweest, en voor vanavond staan we pas voor 20:30 op de boek. Na de lunch rijden we naar het Biscuit Geyser Basin, met het plan een plekje te zoeken om nog wat te zitten lezen, maar het begint flink te gieten. Onze volgende “uitstap” is dus gelukkig binnen: een rondleiding door de Old Faithfull Inn. De gids vertelt allerlei wetenswaardigheden over de bouw van en het leven in het hotel, met z’n magnifieke lobby die meer dan 20 meter hoog is, met een schouw waar 500-ton Rhinolyt-natuursteen in zit. We krijgen zelfs een kamer te zien in het originele deel van het hotel. Twee vleugels zijn in 1913 en 1928 toegevoegd aan het origineel uit 1904. Voor 49 dollar slaap je hier al (wel met douche op de gang!). Na de rondleiding gaan we nog wat souvenirs kopen, want morgen gaan we het park al weer uit. Met een paar Tshirts voor onszelf, een gekke Moose-pet voor Jordy en knuffels voor Elroy en Jodie zijn we weer even voorzien. De rest komt op Maui wel.
Cedar City, Motel 6, 12-06-1998, 20:00
Het eten gisteravond was wederom “overtijd”, dat zal daar wel structureel zijn denken we, gewoon zo veel mogelijk mensen binnen proppen dat loopt altijd uit. Gelukkig was de forel en de steak prima, net als de wijn en het dessert (als je geen hele op kan neem je gewoon een met z’n tweeen). Een koppel naast ons had wat meer problemen, nl. wat is “rare” en “raw” bij een biefstuk! Na het eten hebben we nog even staan kletsen met ze, hij kon zich er wel mee amuseren, zij wat minder, ze was zonder eten van tafel gegaan. Vandaag zaten we om 8 uur op de weg, een flesje jus en wat koffiekoeken voor het ontbijt onderweg, want we willen kilometers maken. Buiten het park in West Yellowstone tanken we nog (echt alleen maar hotels etc. en souvenir winkels) en dan gaan we zuidwaarts. Dit deel van de reis is jammergenoeg voorbij, we gaan terug naar de “beschaving”. Gelukkig wordt het weer steeds beter, we zien een heleboel bergen die we vorige week niet zagen, zelfs nog een glimp van de besneeuwde Tetons. Rond half een stoppen we bij een “aanlegplaats” (kruispunt I84 – I15) voor een lunch van burger en sandwich, we schieten al goed op want we zijn al aardig in de buurt van Ogden, vanwaar we vorige week de bergen ingegaan zijn, qua kilometers maakte het niet veel uit maaar deze route door Idaho is veel sneller dan langs Jackson Hole. Na een half uurtje zijn we weer op pad. Rond Salt Lake City is wat werk aan de weg maar voor zessen bereiken we probleemloos ons einddoel voor vandaag: Cedar City in zuid Utah, zodat we morgen Zion National Park nog aan kunnen doen voor we naar Las Vegas gaan. Bij het tweede hotel hebben we een kamer, en na een frisse douche gaan we op zoek naar een eettent. Dat wordt Sizzle, lekker kreeft gegeten, in typisch amerikaans soort restaurant. Je geeft aan de counter je bestelling en betaald, je hoofdgerecht wordt achteraan gebracht en de rest is buffet. Nu nog een beetje tv kijken (NBA-best of 7 serie tussen Utah en Chicago) en wat lezen en daarna lekker slapen.
Las Vegas, Luxor Hotel, 13-06-1998, 17:00
Vanmorgen op ons gemak naar Zion National Park gereden, een klein uurtje van ons overnachtings adres. De omgeving doet weer al snel denken aan de grad-Canyon omgeving. Het is fris en zwaarbewolkt als we vertrekken maar als we in Zion zijn breekt de zon al eens voorzichtig door. Het is trouwens aardig druk, waarschijnlijk omdat het zaterdag is. De hoge rode rotsen steken fel af tegen het groen van de boompjes in de canyon. Het laatste stukje naar the Narrows doen we te voet, (in mijn herinnering lag er de vorige keer nog geen betonnen pad). We bellen weer eens naar huis, alles is goed daar , behalve dat het veel regent. Heel Nederland is oranje in afwachting van de eerste Wk wedstrijd tegen Belgie (we zien later dat het 0 – 0 is geworden). Na de middag toeren we door naar Las Vegas, een paar uurtjes rijden door dorre droge vlakten en bergen. Het wordt steeds zonniger en in Las Vegas is het 90 graden F. De eerste indruk van het Luxor is de emorme hal in de pYramide. Het inchecken gaat vlot, de auto wordt geparkeerd de bagage achteraan gebracht en onze kamer is aan de zuidkant van de pyramide, we kunnen zo het vleigveld zien liggen, net als de volgende hotel kolos in aanbouw. Het casino laten we maar voor wat het is maar de rest gaan we straks eens bekijken voordat we in het chinese restaurant gaan “fine dinen”.
Las Vegas, Luxor Hotel, 14-06-1998, 18:45
Het chinees eten gisteren was om je vingers bij op te eten, en lekker rustig in het restaurant, terwijl het in het casino flink vol was. Na het eten nog een stukje de strip afgelopen. s’Avonds is de temperatuur wel te doen, en de lichtjes zijn natuurlijk veel mooier. Vanuit het Luxor loop je overdekt en met “wandelend tapijt” zo het Excalibur binnen, waar de middeleeuwen van koning Artur het thema zijn. Daarnaast New York New York met een achtbaan rond het hotel, het vrijheidsbeeld en de wolkenkrabbers. Verder zijn alle bekende merken te zien, van Harley Davidson, Coca Cola tot en met M&M’s. en een mensenmassa! Vanmorgen hebben we eerst het Farao ontbijt buffet aangedaan voordat we naar he Hoover dam rijden om die te bekijken. Iets heel anders maar ook daar is het hartstikke druk. Met een gids gaan we tot beneden in de dam waar de turbines en generators zien. Er is hier ook een hele tentoonstelling en video vertoning opgesteld, en je kan zelfs nog een uitgebreidere toer krijgen a $25,- p.p.; je mag dan de helm die je op moet mee naar huis nemen. Na een flinke pizza rijden we weer terug naar Vegas, daar staat Star Trek op het programma. De huurauto leveren we alvast in, de shuttle bus brengt ons naar het vliegveld en voor de rest verplaatsen we ons per taxi want ook al is het iets “frisser” dan gemiddeld deze dagen, de hitte is toch te erg om ver te lopen (het is ruim boven de 30 graden C). De Star Trek ervaring in het Hilton hotel brengt je vie een chronologische uitstalling van de hele verhaallijn naar het ruimteschip zelf. Echte acteurs spelen het spel goed en voor je het weet zit je in een shuttle en in het verhaal: capt. Picard is gegijzeld door de Klingons. In een simulator met volop schokken en levensechte filmbeelden worden we weer door de ruimte terug naar de 20ste eeuw en Las Vegas gebracht. Als we uitstappen komen we bij de poetsafdeling, maar met een gewone lift worden we op de juiste verdieping afgeleverd, inderdaad daar waar de winkeltjes zijn. Terug op de kamer is de 6e wedstrijd bezig tussen Utah en Chicago om de NBA-cup. Vanavond doen we het verder rustig aan want morgen vertrekt ons vliegtuig om zeven uur dus moeten we vroeg op. (De Chicago Bulls winnen de wedstrijd met 86 – 85 en ook de titel) *NB. Ook het Imax theater was indrukwekkend met een flm over het leven in zee. Net of de vissen, zeerobben en krabben tot op je schoot komen!
Kihei, Maui, 15-06-1998, 19:20
Om 5 uur loopt de wekker af, en dat op vakantie. We zijn mooi op tijd op het vliegveld waar het al stevig druk is. Onze vlucht naar L.A. vertrekt zowaar op tijd. In L.A. hebben we twee uur om over te stappen, maar ik geloof dat we daar een half uur gelopen hebben naar de gate waarvan we weer moeten vertrekken. We doen ook nog even een amerikaans ontbijt tussen door: wentelteefjes en een broodje ei – bacon. De twee vluchten die om 10:00 naar Maui en Honolulu zijn flink overboekt. Tussen het gekraak van de speakers horen we wat het oplevert om de vlucht van later op de dag te nemen (300-400 dollar in reischeqeus wel te verstaan en een hotelkamer). Ondanks dat beide vluchten staan gepland om om 10:00 te vertrekken, moet er steeds 25 minuten tussen zitten, dus wij gaan om 10:27 de lucht in. Dat was belangrijk om precies te weten, want de bemanning had een prijsvraag voor de passagiers in petto: nl. om hoe laat zouden we precies halverwege zijn. Met de opgegeven informatie (snelheid, afstand, tegenwind etc.) moest je dan zo precies mogelijk opgeven, tot op de seconde. Theo zat er slechts 5 seconden naast en was met nog een paar 2e prijswinnars, en dus gingen we met een fles champagne van boord in Kahului! Het is 13:15 (plaatselijke tijd, dus weer de klok 3 uur terg!) als we op een zwaarbewolkt en drukke maar kleine luchthaven aankomen. Bij de Hertz verhuur onderhandelt Theo wat met de agent en voor 10 dollar/dag meer rijden we deze week in een zwarte Ford Mustang cabriolet! Het eerste stukje rijden we door de suikerrietvelden en al snel zijn we in Kihei waar we eerst een stukje langs het strand rijden om de eerste indruk op te doen. We zien verschillende eilanden liggen dus het is hier allemaal niet zo groot. Ons logeeradres hebben we dankzij de prima routebeschrijving al snel gevonden. Al op de oprit worden we verwelkomt door Angie en twee honden. Het is een leuk huis van enkele verdiepingen met diverse terrassen en veranda’s en trappen. In het souterrain is een chic appartement: kamer met open keuken (van alles voorzien), slaapkamer en badkamer. Vanuit ge living kijken we over een paar huizen uit op de zee, waar s’avonds de zon in zakt. Gebruik van zwembad, barbecue etc., alles is zowat inbegrepen. Ook Dale, de heer des huizes komt een babbeltje maken. We besluiten vandaag alleen nog wat te halen om de koelkast mee op te vullen en gaan later even zwemmen. We zijn toch wel een beetje moe van al dat vakantie houden! We febriceren een hotdog in elkaar en gaan alleen hog de (tuin)deur uit om de zonsondergang te zien, om half acht is het donker, maar voor ons gevoel is het dan al half elf. De fax van Anneke lag hier ook al op ons te wachten met de details over hum trouwdag. Even iets terug faxen is geen probleem, Dale heeft zijn kantoor aan huis, wat een service. Rond 20:00 houden we onze ogen niet meer open, dus rollen we maar in bed.
Kihei, Maui, 16/06/1998, 20:25
Nadat we zowat de klok rond geslapen hebben, ligt de eerste dag Maui voor ons, helaas net zo bewolkt als gsteren. Heel huiselijk ontbijten we met gebakken ei, bacon, koffie en sap, makkelijk hoor zo’n keuken. Ook de wasmachine proberen we uit zodat we weer een paar schone T-shirts extra hebben. Theo aat de fax even naar Anneke sturen terwijl ik opruim, en maakt een babbeltje met Dale. Als Angie even later langskomt omdat we onze schulden maar meteen willen afhandelen is er al weer een fax terug uit Boxmeer, waar het nog flink regent. Rond negen uur gaan we op weg richting Hana. De beroemde Hana highway is een weg met ongelooflijk veel bochten, waar je dus niet snel gaat (max 30mph, soms zelfs maar 10). We zijn nog niet eens zover als we de kap van de auto maar weer dichtdoen want het begint te miezeren. Na ruim een uur regent het nog steeds en de lucht is egaal grijs. Omdat dit ook niet zo fijn rijden si draaien we terug. We komen veel mensen tegen die blijkbaar wel doorgaan, zelfs met open dak! Later horen we een oude dame uitleggen waarom men de bossen daar “Rainforest” noemt. Verder terug naar de vallei wordt het weer droog en zien we de zon. We stoppen bij een strandje en installeren ons daar voor een paar uurtjes. Beetje lezen, zwemmen en zonnen. Ondanks de forse bewolking blijken we later toch hier en daar aardig rood gekleurd te zijn. Om wat te eten rijden we naar Kaului – Wailuku, waar we een hamburger eten, en een babbeltje maken met de man aan de tafel naast ons. Hij weet zowaar waar Nederland en Belgie liggen. Na de lunch rijden we verder naar de Ioa valley, net achter de stad. We doen de Maui Tropical Garden aan waar we een heleboel prachtige tropische planten en bomen zien (met naam en toenaam, zodat we nuiets beter weten wat we zoal om ons heen zien). Later blijkt dat de Kepani – Wai Heritage Gardens waar we eigenlijk naar op weg waren een eindje verder liggen. Ook dat is een aangelegde tuin met stukken ingericht naar de verschillende bevolkings groepen die zich op Hawaii gevestigd hebben: Japans, Chinees, Nem England, Portugees etc. Inmiddels hebben we hier ook alweer een flinke regenbui, de vallei hangt gewoon vol met wolken die zich leeg laten lopen. Aan het eind van de weg is het Ioa – Valley State Park, ter herdenking aan de verschillende veldslagen die de Hawaiiaanse koningen hier geleverd hebben. Allemaal vreemde namen die niet uit te spreken zijn maar de rest van de uitleg op de borden is wel duidelijk. Onze volgende stop is de Maui Tropical Plantation, waar allerlei tropische gewassen staan die men op Maui teelt. Er wortd uitgelegd hoe bijvoorbeeld suikerriet geoogst wordt. Met een treintje worden we rondgereden langs verschillende velden. De gids geeft uitgebreid uitleg over welk fruit het is (papaya, avocado, sterappels, guave, cocosnoten etc.). Er wordt zelfs voorgedaan hoe kokosnoten gepeld worden, en waar je op moet letten om geen vreeselijk diaree te krijgen van een slecht exemplaar. Er is natuurlijk ook een uitgebreide winkel met van alles wat maar enige relatie heeft met Maui of met fruit, de prijzen zijn niet misselijk! Het is al een uur of vijf als we weer in Kihei terug zijn. Vanavond gaan we weer eens amerikaans eten: spareribs. Zonder te reserveren hebben we toch binnen 5 minuten een tafel, en ook de ribs staan binnen no-time voor ons neus. Ze zijn om je vingers bij af te likken. Na het eten doen we nog even de boekwinkel aan in het zelfde winkelcentrum om nog wat leesvoer aan te schaffen. De engelstalige paperbacks laten zich nogal makkelijk lezen.
Kihei, Maui, 17/06/1998, 21:00
Na een goede nachtrust en een zelfgemaakt ontbijt van bacon en eieren proberen we vandaag nogmaals de Hana Hoghway. De lucht ziet wat blauwer dan de vorige dagen, ook in de richting van de Haleakala vulkaan hangen minder wolken. We rijden langs de Boeddisten tempel in Paia, en zien nu ook de zee liggen. Gisteren was alles even grijs, zee en lucht. We hebben nog wel wat regen onderweg en de kap van de auto gaat dus ook een paar keer op en neer. Naar amerikaanse begrippen is de weg smal, maar wij vinden het wel meevallen. Af en toe is er wel een brug met maar een rijbaan maar dat levert geen problemen op. Voor en achterons gaan er zelfs een paar bussen met toeristen die minstens net zo snel gaan als de auto’s. Bij een paar uitkijkpunten en watervallen houden we halt. Het valt niet mee om op de kaart bij te houden waar we zijn want de dorpen die we paseren liggen verscholen in het dichte regenwoud, en borden met de plaatsnaam erop zoals bij ons kennen ze ook niet. De stalletjes met tropische bloemen en fruit zijn ook zelfbediening: er is vaak niemand bij te zien en er staat wel een “money box”. Alles is dichtbegroeid en er zijn ook een hoop felgekleurde bloemen te zien: hibiscus, helicona, franchipari, etc. De meeste huizen zien er niet zo fraai uit, meestal enigszins vervallen, met een hoop rotzooi onder de woonvertrekken. Het dorp Hana blijkt niet veel anders te zijn dan de andere die we al gezien hebben, een paar kerkjes en een paar “general stores” waar niet eens een sandwich te koop is. Na een korte stop gaan we weer verder. Onze lunch is vandaag wat koekjes die Angie voor ons had liggen als welkom en een paar blikjes cola. We gaan op weg naar de Seven Pools of wel de Ohe’o Gulch, een waterval die een aantal “zwembaden” heeft gevormd. Geen 7 maar 24 volgens de National Park folder van Haleakala N.P. Hier is het aardig druk. De meeste toeristen gaan vanaf hier weer dezelfde weg terug, maar wij gaan verder over de weg zuid-waarts. Volgens onze gastheer en de National Park Service is deze ongeplaveide weg vooralle voertuigen te berijden vandaag omdat het “droog” is. Het blijkt een weggetje te zijn met scherpe bochten, grote gaten en schielijke dalingen/klimmetjes te zijn. Volgens de kaart is het ongeveer 5 mijl “dirt road” en dan begint de “Piilani Highway”. Deze blijkt echter nog 30 mijl in dezelfde staat te zijn en loopt door een dor en godverlaten vulkanisch landschap. Het is enkele uurtjes later als we weer in de bewoonde wereld zijn. Via Kihului rijden we weer terug richting Kihei, en doen tussen door nog even het haventje van Maalaea aan, waar je in het voorjaar walvissen kan gaan zien. In Kihei duiken we nog even de winkel in voor ons avondeten: gebakken zalm met rijst en vers fruit. Gewoon zelf klaar te maken in ons appartement. Het smaakte prima!
Kihei, Maui, 18/06/1998, 21:25
Vanmorgen eerst lekker een paar uur gerelaxt op het strand! In Wailea hadden we nog een paar filmpjes ingeleverd (de winkel was net open om 9 uur). Het verschil tussen Kihei en Wailea is erg opvallend: de eerste is druk, ook nu buiten het seizoen, de ene shopping mall na de andere, Wailea is super netjes, alle gazons kort geknipt en groen, golf courses en sjieke hotels achter hekken en portiers. Na het laatste hotel van Wailea ligt een van de mooiste zandstranden van Maui: Big Beach. Het weer werkt ook mee vanmorgen: veel meer zon en minder wolken. We vinden een goed plekje onder een boom voor de nodige schaduw. De golven van de branding zijn hier soms wel 2 meter hoog. Rond een uur of twaalf breken we weer op, de zon kruipt ook steeds langer weg. We halen de foto’s op, gooien ons zwemgoed uit en gaan in Kihei een burger en een sandwich eten voordat we richting Lahaina gaan voor ons “middagprogramma”. De rit naar Lahaina heeft een paar mooie uitkijkpunten over de zee en de kleinere eilanden die voor de kust liggen. Lahaina zelf is druk. Terwijl we aansluiten in de rij voor de stoplichten besluiten we om maar om hier op de trein te stappen in plaats van in Kaanapali. Tussen deze twee toeristen centra rijdt nl de Sugar Cane Train, een stoomtreintje uit de tijd van de suikerriet plantages (nu gaat alles per vrachtauto). Vanuit het boemeltje zie je aan de ene kant de suikerriet velden en aan de andere kant de zee en de hotels etc. Kaanapali lijkt uitsluitend te bestaan uit golf-courses en hotelflats. Lahaina heeft nog een stukje uit het einde van de vorige eeuw toen het een centrum van walvisvaarders was. Als we erdoor rijden vinden we het erg op Key West lijken. In het Cannery Mall winkelcentrum doen we nog wat souvenir inkopen en voor het oude centrum komen we nog wel een keer terug om er ook te eten, zo te zien zijn er wel wat leuke restaurantjes vlak langs de zee. Op zoek naar een “place to eat” raken we in een van de winkel centra, in “A Pacific Cafe”. Het blijkt een restaurant te zijn wat er heel leuk uit ziet, wat chic voor amerikaanse begrippen aan de prijslijst te zien, maar we eten er een sublieme visschotel met een saus van gember, lime, konoflook en nog veel meer. Ook het dessert is niet te versmaden. Zoals zo vaak hier, raken we aan de praat met een vader en dochter aan de tafel naast ons. Zij willen naar Hana en vragen hoe de trip is, wij vragen de ober wat de beste tijd is om morgen de zonsopgang te zien vanaf de krater van de Haleakala vulkaan. Ook onze gastheer geeft ons nog een paar tips voor trips, we gaan nog tijd te kort komen. Voor morgen gaat de wekker op 02:50!!
Kihei, Maui, 19/06/1998, 14:15
Het is nog diep in de nacht als we tegen drieen opstaan. Snel douchen en in de auto. De lucht lijkt helder want we zien de maan en sterren. Het eerste stuk weg is bekend en we komen een paar auto’s tegen, als we de afslag naar Haleakala nemen is er geen verkeer meer te zien, en wat er naast de weg is zien we evenmin. Als we bijna boven (3055mtr) zijn zien we voor en achterons toch meer auto’s rijden. Op de top is de parkeerplaats al bijna vol, het waait er flink en het is nog donker. Mensen lopen er met jassen aan of met dekens om zich heen. Volgens mij kun je dan beter gewoon een lange broek aandoen in plaats van je strand outfit en een deken! Er is ook een overdekte hal waar het veel aangenamer is van temperatuur en dus ook al aardig vol. Langzaam aan begint de lucht in het oosten oranje-roze te kleuren, je staat her boven de wolke die aan de oostkant van de vulkaan hangen. In het westen zie je de lichtjes van Kihei, Kahului en Wailukui. Het wordt steeds lichter, en ook steeds drukker, de mensen die nu aankomen rijden kunnen niet mee door tot boven, maar moeten iets lager parkeren. Als de zon echt door breekt is het licht te fel om in te kijken en eigenlijk zijn de luchten ervoor veel mooier. We gaan nog langs het Visitors Center en stoppen nog bij een paar uitkijkpunten. Nu het licht is kun je goed de verschillende kraters zien in de bruine kale vlakte van de grote krater. Als we terug naar beneden rijden zien we het landschap veranderen eerst de kale stenen, dan de grasvlakten waar de koeien lopen en de eucalyptus bomen, daarna de groene omgeving van “upcountry”. Ondertussen moeten we allebei vechten tegen de slaap die in onze ogen prikt. Als we tegen half negen weer thuiskomen rollen we direct in bed! Het is al half twaalf als we weer wakker worden van ons tukje. We gaan in Kihei foto’s wegbrengen, een hapje eten en wat in huis halen om vanavond te koken. De rest van de dag ondernemen we niet veel meer, gewoon lekker luieren aan het zwembad.
Kihei, Maui, 20/06/1998, 20:00
Gistermiddag hebben we lekker geluierd bij het zwembad en ‘s avonds zelf hier een T-bone biefstuk gebakken, beetje sla en rijst erbij en klaar is kees. Het is een uur of negen als we alweer in bed rollen. Het slaapt hier prima en de zon gaat ook al om een uur of zeven onder dus het is al vroeg donker. Vanmotgen eerst naar het strand. De zon laat het al vrij snel afweten en er volgen ook regelmatig regendruppels. De lucht rond ons ziet er ook tamelijk dreigend uit. Rond de middag breken we op en rijden huiswaarts waar we eerst even het strand van ons afspoelen onder de douche. Op een van de winkelcentra Azeka Place, is een of ander feest aan de gang. We blijven staan kijken als een groepje meisjes in traditionele outfit wat dansen laat zien. Ze worden muzikaal begeleidt door een bandje van Hawaiiaanse muzikanten. Zo zien we nog wat folklore ook. Na de lunch van kipnuggets rijden we naar Lahaina. Het is daar gezellig druk en we lopen de winkeltjes af langs Front Street om nog wat souvenirs te kopen. Er zijn daar ook nog wat gerestaureerde huizen uit de walvisjagers periode te zien. Er zijn behalve de bekende T-shirts en souvenir winkels ook nog wat andere typisch amerikaanse winkels: de Warner Bros Shop vol met o.a. Tweety en Sylvester spullen, en de Bubba Gump shop met spullen uit de Forrest Gump film, en natuurlijk ook Planet Hollywood en het Hard Rock Cafe. Onze laatste avond op Maui gaan we Chinezen, lekker eten en drinken. En de fles champagne maken we ook nog soldaat voordat we weer terug vliegen naar het continent. Helaas is de afgelopen week voorbij gevlogen, er is nog zoveel te zien op Maui, datwe ons best nog een week zouden kunnen amuseren: Rondom de westkant rijden van Lahaina naar Kahului (over net zo’n dirt road als na Hana), Upcountry verkennen, snorkelen enz. enz.
Travelodge San Francisco, 21/06/1998, 23:00
Vandaag vertrekken we weer van Maui. We pakken alles weer in (het past nog steeds in de koffer en tas) en we ruimen de ergste rommel op. Als we de Kennedy’s gedag willen zeggen en bedanken voor alles blijkt er niemand thuis te zijn, jammer want we hadden ze graag nog even persoonlijk bedankt. We laten maar een briefje achter op de eettafel. Op ons gemak rijden we naar het vliegveld. Bij het instappen blijkt het vliegtuig weer overboekt te zijn, er zijn 8 vrijwilligers nodig om de volgende vlucht te pakken voor dat we kunnen vertrekken, een klein half uurtje te laat. Desondanks arriveren we toch op tijd in San Francisco: tegen acht uur s’avonds, want we zijn drie tijdzone’s gepasseerd. Het is weer even wennen aan de drukte hier, na de rust van Maui. Om negen uur rijden we met onze Ford Taurus het Hertz terrein af naar het hotel. Het is aardig druk op de freeway en het vergt wat zoeken hoe we moeten rijden. We slaan verkeerd af en belanden op de Bay Bridge en komen aan de andere kant van de baai terecht. Weer terug vinden we toch vrij snel de weg naar de Fischerman’s Wharf en tegen tienen zijn we ingechecked. We gaan nog even snel een hapje fast food eten en rollen dan in bed, voor ons gevoel is het nog vroeg in de avond maar zo zijn we er morgen weer op tijd uit want in feite hebben we maar 2 dagen hier want woensdag vertrekken we weer vroeg.
Travelodge San Francisco, 22/06/1998, 21:30
Vanmorgen op het gemak wakker geworden, het is een uur of negen als we op weg gaan naar Napa Valley, het wijnland van California. Het is zwaar bewolkt maar tegen de middag breekt de zon door en hebben we een mooie dag. In het VVV kantoor kijken we wat rond, maar telefonisch boeken voor de wijntrein die hier in Napa vertrekt, lukt niet want de lijn is steeds bezet. We gaan dus maar op de gok er opaf, om 11:30 vertrekt de lunch-trein. Vlak voor er een hele bus binnenkomt zie ik kans om twee plaatsen te bemachtigen. Later blijkt de trein niet vol te zijn. In de wachtruimte is ook nog een wijnproeverij, maar voor 11 uur en op de nuchtere maag doen we daar maar niet aan mee. Voor we instappen gaat iedereen nog op de foto voor een Wine-Train loc. De foto is leuk gelukt maar 45 gulden is ons toch te gek. Onderweg maakt de serveerster , en later nog een andere passagier een foto van ons samen (tegen alleen een zelfde wederdienst). We zitten aan de eerste zitting van de lunch. Om half twaalf vertrekt de trein en krijgen we het menu aan onze chic gedekte tafel. De lunch is verrukkelijk, net als de wijn die er bij hoort. Met een sukkelgangetje gaat de trein door de Napa Valley, aan allebei de kanten zien we volop wijngaarden en proeflokalen. Op deze manier zie je er veel meer van dan wanneer je in de auto zit. Voor het dessert en de koffie gaan we naar de loungewagon: draaistoeltjes voor het raam, chic hoor! De terugreis kunnen we door de hele trein lopenterwijl, de andere helft van de mensen aan tafel gaan. We kunnen nu dus de andere kant bekijken en foto’s maken. Het is twintig voor drie als we weer terug zijn in Napa, de terugreis naar San Francisco duurt ook nog een uurtje, en daar is het ook weer wat frisser en winderiger! In de korte mauwen is toch iets te optimistisch om Pier39 op te gaan. Het is daar trouwens flink druk. s’Avonds willen we op Pier39 seafood gaan eten bij Bubba Gump, het restaurant uit de film Forrest Gump. Volgens het meisje aan de balie zal dat geen probleem zijn, ze doen daar niet aan reserveringen. Dus tot straks dan! Als we tegen zevenen terugkomen staan de mensen tot buiten te wachten. Doei dus! We lopen wel door tot het volgende restaurant: Neptune’s Palace heeft ook een kaart vol vis en seafood. We eten daar ook super lekker: clam chowder, de typische vissoep van hier en gumbo: allerlei vis, krab en kreeft met veel peper, cayun achtig. Na al dat lekkers hebben we nog net plaats voor een tiramisu en een espresso. Op weg naar het hotel lopen we nog wat winkeltjes door en kopen nog een Winnie de Pooh beer voor Elroy en een sweater. Nog een dagje San Francisco.
Travelodge, San Francisco, 23/06/1998, 20:30
Vandaag gaan we een dagje stad-ten. Aan het station van de cable car kopen we een kaartje voor de hele dag want dat is net zo voordelig als 2x overstappen. Onze eerste stop is bij het Cable Car Museum. Het is nog net geen tien uur (openingstijd) dus eerst pakken we een kop koffie met een koffiekoek in een zaakje tegenover het museum. Daar is vanalles te zien over dit openbaar vervoer, hoe de kabels werken, hoe alles in de jaren ’80 is opgeknapt en hoe het er vroeger uit zag. In de kelder zie je de kabels en de grote spoelen en motoren. Als we alles gezien hebben (incl. de shop natuurlijk) stappen we weer op de volgende cable car richting centrum. Daar lopen we langs en door allerlei winkels. Theo koopt bij Warner Bros nog een paar Bugs Bunny pantoffels en een Tweety. Ze hebben daar werkelijk van alles met deze tekenfilm figuurtjes op: T-shirts, schrijfwaar, enz. Na een rondje door de Virgin store op zoek naar Garth Brooks cd, komen we langs planet Hollywood, waar we binnen gaan om wat te eten want het is alweer half een. Het restaurant (van een paar filmsterren) is, net als overal waar ze zijn, volgestouwd met film attributen, zoals foto’s en kleren uit allerlei bekende films. Verschillende videomonitoren laten allerlei stukjes film zien, en openingsfeesten van de nieuwste restaurants zoals Amsterdam en Honolulu. Na het eten gaan we weer verder, stukje cable car en later te voet naar de Coit Tower voor een uitzicht over de stad. De klim naar de toren toe is ook al flink de moeite, sommige straten gaan hier zo steil omhoog dat het trottoir veranderd is in traptreden. Zelfs onderaan de toren heb je al een prima uitzicht. Boven kun je helemaal rond lopen, en zien we een heleboel bekende punten, ook ons hotel zien we liggen. De reis terug nemen we de bus dat gaat een stuk makkelijker. Aan het eind van de middag struinen we Fisherman’s Wharf verder af. In de Cannery (oude fabriek, nu een winkelcentrum) drinken we een biertje op een terras terwijl een zanger wat golden oldies zingt, zoals de Streets of San Francisco. Vlak naast de Wharf liggen twee historische schepen: een onderzeeer (de Pumpitano) en een liberty schip de Jerimich O’ Brien. Op de laatste is een deel van de film Titanic opgenomen nl. in de machinekamer. Het is het enige liberty schip uit WOII dat nog in originele staat is en ook vaart. Vanzelfsprekend is er ook hier weer een shop mat sweaters, mokken, etc. om nog wat geld op te halen. s’Avonds eten we nog chinees op Pier39, waar we eerst ook nog even langs de zeeleeuwen gaan die daar liggen te luieren en kabaal te maken. Het lukt ons weer om alle bagage in de koffer te krijgen en de wekker gaat op vijf uur, want ons vliegtuig gaat s’morgens al vrij vroeg en het is nog een stukje rijden naar het vliegveld, en het zal hier wel wat drukker zijn op de weg dan we thuis gewend zijn. Als alles goed gaat vliegen we met een tussenstop van 11/2 uur in Washington DC terug naar Amsterdam, maar waarschijnlijk zal er wel ergens wat vertraging in sluipen.
United Airlines, flight 0946, 25/06/1998, 04:30
Nog een paar uurtjes vliegen en we zijn weer thuis. De afhalers zullen ook wel al onderweg zijn. Voor ons was het een rare lange dag. Om vijf uur (gisteren) liep de wekker af in San Francisco. Snel douchen en ook het uitchecken was zo gebeurd. Het verkeer was nog rustig en we waren snel op het vliegveld. Auto afgegeven en in de pendelbus. Bij de incheck balie is het aardig druk, maar alles gaat vlot, de bagage wordt gelijk doorgestuurd tot Amsterdam en we hoeven nietonze koffers nog eens door de douane te slepen. Het land uit gaat meestal makkelijker dan erin. Zoals gewoonlijk is de vlucht toch weer 30min. te laat als we vertrekken, maar al met al is er nog maar een optijd gegaan. We krijgen nog een ontbijt, maar we hadden ook in de terminal la koffie, sap en een bagel op. Het vliegtuig eten is nou niet bepaald haute cuisine, dus de helft gaat weer terug. In de 4 uur en 15min. die we vliegen gaat de tijd ook nog eens drie uur vooruit zodat het al een eind in de middag is als we in Washington DC aankomen. We moeten overstappen op een ander vliegtuig en een paar gates verderop. En ja hoor, wegens verlate aankomst vanaf de westkust is deze vlucht vertraagd, 17:40 wordt 17:51 maar het is haast half zeven als we echt vliegen. De wachttijd vullen we voor een deel op met een portie “frozen yoghurt” lekker want het is in DC aardig warm. De laatste vlucht duurt ruim 6.1/2 uur en ook komt er nog eens 6 uur tijdverschil bij. De vertraging in het vertrek vliegen we er onderweg uit. Het diner wordt al snel geserveerd, maar we zijn zo langzamerhand ons tijdsbesef een beetje kwijt, is het diner, lunch of ontbijt? Vlak voor aankomst krijgen we nog een continental breakfast, dus dat zal wel een broodje zijn en geen warme prak. Het video systeem hapert aan onze kant, een rij stoelen heeft geen t.v. en als het licht uitgaat hebben we ook geen leeslampje meer. Met de radio af en toe aan gaat de tijd toch nog snel voorbij. De tax-free kar is ook al langsgeweest en we trakteren ons nog een laatste keer deze vakantie: een fles whiskey en een ketting. Inmiddels begint het buiten al weer wat lichter te worden. Erg donker is het niet geweest, zo noordelijk en vlak na de langste dag.